PrietPraatje

Er is geen ontkomen meer aan, overal waar je komt hangen, zitten en liggen de Sinterklaas en Zwarte Piet artikelen in de schappen om iedereen vooral niet te laten doen vergeten dat ze in het land zijn. Vandaag moest ik nog even snel boodschappen doen en een kwartier voor sluitingstijd kwam ik aangerend bij de super. Voor de ingang stonden twee pieten waaraan de kindertjes hun tekeningen voor de Sint konden geven, maar omdat de winkel vrijwel uitgestorven was, kwamen ze mij maar tegemoet lopen

‘Zo, ben jij nog stout geweest dit jaar’ zei de één
Hoewel dit een normale vraag was voor een zwarte piet, bespeurde ik hier toch een heel andere ondertoon
‘Heeft de Sint dat niet bijgehouden in z’n grote boek?’ vroeg ik terug
‘Jazeker wel, en daarin staat dat je met ons mee moet naar Spanje’ zei de ander met een dikke knipoog
‘Ow dat is geen straf, daar is het vast beter weer dan hier, of niet?’ Terwijl we alle drie een stapje dichter naar de ingang deden omdat de miezerregen oversloeg in een harde plensbui

Daar komt trouwens bij, dat het zicht om een paar weken rond dobberen op de Atlantische Oceaan onder het gezelschap van enkel vriendelijke, vrijgevige en atletische mannen me niet heel erg verkeerd aanstond, maar dat besloot ik maar voor mezelf te houden

‘De Sint heeft toch echt liever dat je je beter gedraagt. Als jij nou eens lief doet tegen zn pieten, dan zullen wij een goed woordje voor je doen’
‘Oke, hierbij beloof ik plechtig dat ik me minder zal misdragen Zwarte Piet’
‘Goedzo, als je nou ook eens op je allermooist een liedje voor de Sint zingt, dan komt het helemaal goed’
‘Ehm nu?’ vroeg ik. The bastard! Want ondertussen waren er twee kinderen bijkomen staan, en het zou wel heel erg onaardig van me zijn om de Zwarte Pieten nu af te wimpelen. Dus ik vroeg de twee kleintjes welk liedje ze het mooist konden zingen en daar stond ik dan, om kwart voor 5, voor de Super de Boer ‘Zie de maan schijnt door de bomen' te zingen

Met een handje strooigoed als beloning liepen de kleintjes weg. Maar ik moest beide pieten toch nog even een kus op de wang geven, om er zeker van de zijn dat het bericht goed door zou komen…

Versiert worden door Zwarte Piet, het zou je maar overkomen..
En nu maar hopen dat ik inderdaad een cadeautje in mn schoen vind volgende week!

Mr. Sandman

Zoals elk jaar zat m’n moeder ook dit jaar weer bloedfanatiek voor de tv. Domino-day is bij ons één van de dingen die elk jaar met het hele gezin word gevolgd. M’n moeder had er zelfs speciaal vrij voor genomen! Met de nodige zakken chips en flessen cola in de aanslag kon het spektakel dan eindelijk beginnen. Vooral mn moeder deed het voorkomen alsof het een kwestie van leven en dood was. Ze sprong op en neer en 'gilde' het gesmoord van schrik, teleurstelling of blijdschap uit. En ja, ik deed inderdaad net zo hard mee.

Het hele domino gebeuren deed me een beetje denken aan wat m’n tante (die geregeld tijd doorbrengt in Tibet) wel eens had verteld over zandmandala’s. De Tibetaanse monniken zitten wekenlang aan een zandtekening te werken. Deze zogeheten zandmandala’s staan symbool voor een ‘zuivere wereld waarin iedereen gelukkig is en geen lijden ondergaat’. Als de zandmandala af is word het hele zooitje bijelkaar geveegd en word het zand uitgestrooid over een rivier en word er weer van voor af aan begonnen met een nieuwe mandala. De les die hieruit getrokken dient te worden is dat het leven nét zo vergankelijk is, en dat schijnt een heilzame werking te hebben.

Hoewel ik betwijfel dat de dominobouwers er ook zo’n diepe filosofie op na houden, moet het toch even slikken voor ze zijn om te zien dat het werk, waar ze wékenlang hun zweet en tranen hebben ingestopt, in 2 uur is weggevanished.

Hoe het ook zijt, Nederland is weer een record rijker, maar eerlijk is eerlijk; zij liever dan ik!


Bunnies en Clyde

Vorige week zat ik in de intercity van Amsterdam naar Breda en tegenover mij zaten twee typische studenten rustig de krant te lezen. Bij station Delft kwam er een man naast me zitten waar ik gelijk de kriebels van kreeg. Zijn priemende ogen met zware zwarte wallen gaven me rillingen, en toen hij over me heen bukte om iets in de prullenbak te gooien, zag ik pas dat de tattoo in zn nek overliep naar zn gezicht. Toen de accu van mn Ipod het had begeven, besloot ik maar om zachtjes met de ‘muziek’ mee te neuriën, met de filosofie dat dat m ervan zou weerhouden een gesprek met me te starten.

Hij zei wat tegen de jongens tegenover me en ik zag ze ongemakkelijk lachen om zijn opmerking. Hij vertelde ze dat ie momenteel op verlof was en nu de bloemetjes eens goed buiten zou zetten. Hij had een lijst met telefoon nummers van vrouwen met wie hij dat zou kunnen doen, maar hij had helaas zelf geen telefoon en vroeg aan de jongens of hij die van hun even mocht lenen. Dat mocht, en terwijl hij de nummers intoetste vertelde hij in geuren en kleuren hoe hij het (of eigenlijk hun) zou aanpakken de komende dagen. Ook vertelde hij dat ie een vrouw en kind had, maar die waren in de wetenschap dat hij drie dagen later op verlof zou gaan, dus had hij nu alle tijd om andere grotjes te witten. Het liefst zou ik hem een misprijzende blik gekeurd hebben, maar dat durfde ik niet.

Tot mijn grote verbazing namen er 3 vrouwen de telefoon op en alle drie stemden ze ermee in om de komende dagen af te spreken…
Ik was echt geshokeerd! Natuurlijk weet ik niet waarvoor deze man vast zit, maar wat is het toch met vrouwen die op ‘foute’ mannen vallen?


Wordt vervolgd.

Make love, not War

Het had haast het script van een romantisch oorlogsdrama kunnen zijn..

Het was de winter van ’43 en Nederland ging, naast de bezetting van de Duitsers, gebukt onder een strenge winter en een voedseltekort. Vooral in het westen had men nog nauwelijks te eten. Velen maakten lange tochten naar de boeren in het noorden en oosten van het land en zo ook mijn Opa. De honger had hem al bloembollen doen eten, maar de honger was niet het enige waarvoor hij moest vluchten. Hij moest ook opzoek naar een onderduikadres, want anders zou hij worden getransporteerd naar de werkkampen van de Duitsers. Via zijn werk ontmoette hij ene Nick en die vertelde hem dat hij met hem mee moest gaan naar het noorden. Het gezin van Nick dat daar woonde bestond uit elf kinderen én ze huisden er twee onderduikers. Mijn opa besloot te pendelen tussen drie gezinnen; bij het ene werkte hij, bij het andere at hij en bij de derde schuilde hij, zodat hij moeilijk te traceren was. Eén van die gezinnen was dus het gezin van Nick, maar ook mijn Oma, die op dat moment even oud was als ik nu ben, was één van die elf kinderen…

'En zo hebben je opa en ik elkaar ontmoet' vertelde m’n Oma afgelopen weekend op haar verjaardag. ‘Jaha, zo ging dat vroeger meis’.

‘En hoe gaat het met jou in de liefde’ kwam de onvermijdbare vraag

Wat kon ik daar nou op zeggen?
Och, laten we het er maar op houden dat dáár ook genoeg stof over is om een film van te maken

Spiegeltje spiegeltje aan de wand...

Ik sta met voor de spiegel met een borstel in mn hand.

'Hoe vaker je je haar borstelt, hoe meer je haar gaat glanzen' zei mn moeder altijd.

Ik had er vroeger echt een hékel aan. Zoals ik eerder al scheef; ik was altijd het meisje dat meedeed aan ruige spelletjes met de jongens. Mn moeder deed altijd haar best om me met een mooie franse vlecht naar school te sturen, maar na het eerste uur was die er natuurlijk alweer helemaal uitgezakt. Ik weet nog dat ze me op de dag van de schoolfoto duidelijke instructies gaf om tijdens het speelkwartier, net als mn brave zus, rustige meisjes spelletjes te doen, want anders zou ik weer een pasfoto verpesten. Mijn haar, dat ik tot over mn billen had laten groeien, zat dan ook altijd vol klitten.

‘Als je nou nog één keer gilt als ik je haar borstel, knip ik je haar eraf’

En zo geschiedde het dat ik voortaan in groep 4 met een jongenskapsel door het leven moest gaan. Het ergste wat ik me kan herinneren is dat ik eindelijk met de meisjes een theekransje ging doen. Máár nu moest ik ‘de vader’ zijn...omdat ik de enige was met zulk kort haar (en misschien omdat ik zo ruig was haha). Verschrikkelijk vond ik het!

Inmiddels heb ik gelukkig weer een weelderige lange bos, die ik echt nooit zal kortwieken.

En terwijl ik voor die spiegel sta, besluit ik weer verder te gaan met waar ik mee bezig was;
Het immiteren van Celion Dion met de ‘microfoon’ in mn hand..

‘Its all coming back to me nohoooooow’

De geit is gemolken

Hoe het ooit begonnen is weet ik niet meer.

En hoewel ik geloof dat iedereen het in zekere mate aan doet, al zijn het maar een paar woorden die duidelijk moeten verschaffen, hebben B. en ik het toch wel tot een whole new level gebracht.

Ik heb het over het ‘geheimtaal’ dat word gebruikt met uitgaan.

Velen van ons hebben een eigen woordje of uitspraak als er een knap persoon aankomt, of om duidelijk te maken aan vriendinnen dat ze de jongen waarmee ze aan het praten is niet zo ziet zitten. Ervaring heeft me geleerd dat een bepaalde groep mannen vaak vertellen aan naïeve studentes dat ze dolfijnentrainer zijn. Waarmee een ‘aaah wat lief’ reactie niet van de lucht is, en waar zijn kameraad dan vrolijk op inspeelt. En dat ‘sinds wanneer rook jij marlboro’ bij een bepaalde studentengroep betekend dat het meisje waarmee gepraat word mee naar huis gaat vannacht.

B. en ik hebben echter in de loop der tijd volwaardige fictieve personen gecreëerd. Zij is Nellie Daswohin en ik Leila Starkiosch. We komen uit Duivendrecht (Daafuhdregt), maar mochten er nou gasten uit Amsterdam in de buurt zijn, dan komen we uit Rotterdam of Den Haag waarnaar we onze overdreven platte accenten flawless bijstellen. En hebben we een Poolse vader, wat onze naam verklaart. Beiden hebben we dan ook het Poolse volkslied uit het hoofd geleerd (nee we hadden inderdaad geen leven) zodat we eventuele argwanende Poolse uitsmijters ook rond onze vingers konden winden (met succes).

Over het algemeen waren we alleen Nellie en Leila als we met vervelende dronkenaarden aan de praat kwamen, maar we begonnen het er steeds vaker in te gooien, waardoor we op school dan wel eens het probleem ondervonden om herkend te worden. 'Heee Leila!' of 'Húh…wat praat je anders?' Wat uiteraard zowel hilariteit als rode blosjes van schaamte op de wangen veroorzaakte.

Dit alles speelde zich voornamelijk in de eerste jaar van de studie af, want inmiddels zijn er altijd wel mensen ergens in een kroeg die we kennen en op die manier is het lastig om vol te houden dat je Leila heet, terwijl er iemand constant ‘he majo’ naar je roept.

Maar gisteravond was kwam onverwachts mijn alterego Leila naar boven.

Ik en een vriendin kwamen uit de kroeg en maakten aanstalten om naar huis te gaan, tot er een stel onbekende jongens uit het raam van hun appartementje schreeuwde of we zin hadden in een biertje. ‘Maar natuurlijk’ was ons respons. Één van de jongens kwam naar beneden om de deur open te doen en stelde zich voor. Uit automatisme stelde ik me voor als Leila. Waarnaar mn vriendin rolde met haar ogen alsof ze wou zeggen ‘Nee niet weer he’.

Dus bij deze wil ik me verontschuldigen voor iedereen die ik een andere identiteit heb voorgelogen,

Maar kom op, ik een Ajax hooligan on the f-side, dat gelóóf je toch niet ?!