Zó heten de mensen die alleen met Kerst en Pasen naar de kerk gaan. En ik ben daar één van. Neen, de rest van m’n gezin niet, alleen ik.
Vroeger was dat al niet veel anders; mijn zusjes zaten in het jeugd-kerkkoor, m’n broer was acoliet (hulpje van de misdienaar), m’n vader was koster (hoofd-acoliet if you will), m’n moeder ging voor in de gebeden en daarnaast zaten ook beide ouders in het kerkkoor. 'Helaas' had ik op de donderdag en zondag toen de rest van het gezin naar de kerk ging altijd training, maar ik ging wel naar de kerk; namelijk op de vrijdag naar ‘House of Jo’.
‘House of Jo’ (Jozefkerk, go figure) was een bijzaaltje aan de kerk waar normaal gesproken alle vervelende kinderen, die hun mond niet kunnen houden tijdens de mis, naartoe werden gestuurd om te gaan knutselen ed. Maar op de vrijdagavond tussen 8 en 10, jawél, werd het omgebouwd tot een heuse discotheekzaal. Met allemaal andere puisterige pubers stond ik daar los te gaan op de zedige muziek die er werd gedraaid (rap was dus een no-go, ookal zette de DJ soms toch stiekem een nummertje op), met een glaasje cola (niet eens bisschopswijn nee) samen met mn vriendjes en vriendinnetjes van de kerk. De eerste échte verkeringen ontstonden daar en de eerste kuise kusjes op de mond werden er gegeven onder streng toeziend oog van God.
Daar hield m’n kerkbezoek dan wel een beetje mee op. Want tenzij er een training uitviel en ik mee moest naar de kerk, beperkte ik mn kerkbezoeken tot Kerst en Pasen. (En oja, als ik De Heilige Maagd Maria mocht spelen in het kinderkerkstuk)
Maar gisteravond om elf uur was het dan weer zover; met het hele gezin gingen we naar de kerstnachtmis. ‘Maham, we gaan niet weer vooraan zitten hoor’ zegt mn kleine zusje net iets te hard. Waarnaar enkele hoofden, die al mooi een plekje op de achterste rij hadden bemachtigd, onze kant op draaiden. Helaas hadden haar woorden geen effect, want moeders zit nou eenmaal graag hélemaal vooraan in de kerk. De dirigent maant ons allemaal nog voor de actual kerkdienst begint tot stilte, en legt uit dat er halverwege de dienst een lied komt, dat hij graag in canon wilt zingen, en vraagt ons het een paar maal met hem te oefenen. Nadat dat gedaan is, worden we allemaal gevraagd op te staan zodat de pastor, koster en z’n acolieten binnen kunnen treden en de mis kan beginnen.
Eerst is het allemaal nog wel interessant, hij geeft een preek over alle Maria’s in deze tijd, die óók nergens terecht kunnen. Hoewel hij boeiend kan vertellen, had ik waarschijnlijk m’n aandacht er beter bij kunnen houden als hij iets had gezegd in de trant van ‘Als Maria en Jozef in deze tijd hadden geleefd, zou Jozef veroordeeld zijn voor pedofilie’ of ‘Tegenwoordig hoef je niet meer bij je man aan te komen met een smoes dat je bezwangerd bent door ene Engel Gabriel’ maar helaas bleven deze taboes onaangeroerd
We zitten ondertussen al een uur in de dienst, en terwijl ik de derde regel ‘oooooooo’ van Gloria en Excelsis Deo uit volle borst mee sta te blèren, besef ik pas hoe erg ik het grijsgedraaide ‘All I want for Christmas’ nummer van Mariah Carey waardeer
Ik kijk om mee heen en zie m’n mede ‘House of Jo’ gangers ook verveelt om zich heen kijken, en volgends mij moet de pastor dit aangevoeld hebben, want plots eindigt hij zijn ‘overweging’ met de woorden; tot in de eeuwigheid enzovoorts enzovoorts, waarnaar iedereen elkaar een beetje verbaasd aankijkt. Het lijkt me inderdaad ook erg frustrerend als je dingen van levensbelang aan het vertellen bent (of nouja, ná-het-leven-van-belang) en nobody gives a crap..
Met de woorden ‘Een Zalige Kerst gewenst en oja voor ik het vergeet, er staat een collectebus in de hal, als u allemaal zo vriendelijk zou willen zijn om er iets in te gooien...het liefst geld’ is het gedaan met de kerstmis, en mogen we eindelijk om 1 uur ’s nachts onze honger stillen met de traditionele verse worsten en vruchtencake thuis!
Merry Christmas!
hahaha sterk geschreven, herkenning alom:d al ben ik t 'zondige eendje' binnen een meer calvinistische habitat
BeantwoordenVerwijderen